Stand van zaken

Inmiddels hebben alle 13 classes de najaarsvergadering gehouden. Sommige classes hebben nog vervolgzittingen gepland staan om het rapport kerk-zijn te bespreken. Het is in ieder geval zo dat er op verschillende classes ook verschillend mee omgegaan is. Dat gaat niet alleen over het tempo en de wijze van bespreken. Er zijn namelijk ook besluiten genomen over het wel of niet vermanen die het hele kerkverband aangaan.

Over het algemeen is op de najaarsclasses de bespreking van het rapport kerk-zijn en de synodebesluiten geagendeerd. In sommige classes is daarvoor een aparte vervolgzitting gepland (bijv. Rotterdam, Zwolle, Leeuwarden, Amersfoort), andere classes hebben al een begin gemaakt en gaan daar in het nieuwe jaar mee verder (bijv. Utrecht). Waar de problemen niet direct spelen is het thema voor de voorjaarsclassis geagendeerd (bijv. ’s-Gravenhage, Middelburg, Dordrecht, Hoogeveen).

Vermaan

Door de classes Rotterdam en Utrecht is al op de afgelopen najaarsvergadering een vorm van vermaan uitgesproken richting gemeenten die de geldende besluiten negeren. In Rotterdam betreft dit vermaan een oproep aan twee gemeenten om zich aan de geldende besluiten te houden en een gesprek met de kerkvisitatoren over de kwestie. In Utrecht is een eerste informerende gespreksronde gehouden en een eerste vermaan uitgesproken naar Nieuwegein. Zowel in Rotterdam als in Utrecht worden de gesprekken op een volgende vergadering verder voortgezet.

Dit eerste vermaan van Rotterdam en Utrecht is een goede tussenstap in het gesprek dat gevoerd moet worden. Wanneer gemeenten eigen wegen gaan, behoren ze niet pas na het gesprek, maar ook al tijdens het gesprek vermaand te worden. Er ligt namelijk al een besluit over vrouw en ambt (uit 1998) zonder ruimte om daarin eigen wegen te gaan. Daarbij moet wel opgemerkt worden dat het vermaan niet zonder het gesprek kan op de classis, en niet zonder gebed in de binnenkamer. Het doel is immers terugkeer en herstel.

Geen vermaan

In de classes Amsterdam, Apeldoorn en Haarlem is de zaak besproken en besloten om geen vermaan uit te spreken. In alle drie de classes zijn gemeenten die de ambten hebben opengesteld voor vrouwen. Daartegen zijn appels ingediend die zijn toegekend door de classes (of de particuliere synode van het Westen). In Apeldoorn is over de oproep van de synode om het gesprek te voeren gesproken en besloten om nu niet te vermanen en de revisieverzoeken af te wachten. Ook in Haarlem is besloten om niet te vermanen. Beide besluiten zijn onjuist en een vorm van bescherming van eigenwilligheid en beschadiging van gezamenlijkheid.

In Amsterdam heeft zich dit op een nog ingrijpendere manier afgespeeld. De gemeente van Hilversum heeft de ambten opengesteld voor vrouwen en in 2020 dat ook in praktijk gebracht . Daartegen zijn zes kerken in appel gegaan. Aanvankelijk heeft de classis alleen uitgesproken dat het ‘niet volgens de kerkorde was’. In 2021 wees de classis het verzoek om te vermanen af; dat gold ook voor de revisieverzoeken die daartegen werden ingebracht. Door appel op de particuliere synode van het westen werden de appelanten alsnog in het gelijk gesteld. De PS droeg classis Amsterdam op om Hilversum te vermanen.

Met deze uitspraak van de particuliere synode en de besluiten van de generale synode kwam de classis Amsterdam begin oktober samen. De classis besloot echter om ook nu niet te vermanen. Een ingediend voorstel om wél te vermanen (overeenkomstig de opdracht van de particuliere synode) werd door slechts drie afgevaardigden gesteund. Hierop hebben de afgevaardigden van Ouderkerk aan de Amstel aangegeven niet medeverantwoordelijk te willen zijn en zich te moeten beraden op hun plek in de classis.

Wat in de classis Amsterdam is gebeurd, is zeer ingrijpend. Verschillende kerken willen op het punt van vrouw en ambt (maar ook als het gaat om het aanvaarden van homoseksuele relaties) de besluiten van de generale synode niet volgen. Het gaat dan om zaken die raken aan de uitleg van de en het gezag van de Schrift. Maar nu zijn er ook classes die de afwijkende kerken gedogen en/of steunen (en alle daartoe behorende classiskerken medeverantwoordelijk maken). Bovendien is de kerkelijke weg feitelijk betekenisloos gemaakt. Uitspraken van meerdere vergaderingen en toegekende appels worden immers niet alleen door plaatselijke kerken maar ook door classes genegeerd. Dat brengt gemeenten die ‘gewoon’ christelijk-gereformeerd willen blijven binnen zulke classes in gewetensnood. Het gaat namelijk om zaken die de Schrift raken.

Bovenstaande ontwikkelingen in Amsterdam, Apeldoorn en Haarlem staan haaks op de inhoud van het rapport kerk-zijn. In plaats van een bespreking van het rapport die leidt tot hernieuwd kerkelijk denken en handelen, is door het terzijde leggen en tolereren van ongehoorzaamheid het tegendeel van het rapport in praktijk gebracht. Daardoor wordt de enige weg uit de impasse verlaten en zijn de problemen alleen maar groter gemaakt.

Weg

Duidelijk is dat in verschillende classes met het kerkelijke gesprek is begonnen, al is de uitkomst ongewis. In andere classes is door de besluiten om niet te vermanen een verdere stap naar het faillissement van ons kerkelijk samenleven gezet. Formeel kunnen gemeenten binnen dergelijke classes in revisie en appel bij de particuliere synodes. Die weg moet ook bewandeld worden. Maar wat voor zin heeft het als kerken en classes al jarenlang geen gehoor meer geven aan besluiten van generale en particuliere synodes? Wanneer besluiten van meerdere vergaderingen niet meer voor ‘vast en bondig’ worden gehouden (artikel 31 KO) en de kerkelijke weg verlaten wordt, is het kerkelijke samenleven niet langer mogelijk.

In feite blijkt hier in de praktijk dat de besluiten van de afgelopen synode inhoudelijk wel juist waren, maar geen weg bieden uit de impasse als kerken volharden in hun eigenwilligheid (en classes dat gaan steunen). Tijd om die wegen uit te denken (zoals de synode besloot), blijkt er niet te zijn. Dat is allereerst deze gemeenten en classes aan te rekenen. Zij drijven de zaak verder op de spits en op weg naar een breuk. Daarover spraken het rapport kerk-zijn, de generale synode en de particuliere synode van het westen in termen van ‘zonde’ en ‘censurabel’. Alleen het wonder van bekering is een werkelijke uitweg.

In deze situatie is er nog één passende en kerkelijke weg: het bijeenroepen van een vervroegde synode (artikel 50 KO). Dan kan er alsnog gesproken en besloten worden over hoe er gehandeld moet worden met onwillige gemeenten (en classes). Ook kunnen daar de revisieverzoeken tegen het besluit over vrouw en ambt van de afgelopen synode worden behandeld. Daarmee zullen de problemen waarschijnlijk niet direct opgelost zijn. Die zitten dieper dan alleen kerkordelijk. Toch zal het duidelijkheid geven. We hopen en bidden om herstel en versterking van het gereformeerde karakter van onze kerken.

Ondertussen is het van belang dat de kerken die naar Schrift, belijdenis en kerkorde metterdaad christelijk-gereformeerd willen blijven elkaar onderling vasthouden en ondersteunen. Juist gemeenten die eenzaam zijn geworden in hun classis hebben die broederband nodig. We bezinnen ons op manieren om dat te stimuleren en te ondersteunen.

Meer artikelen